Pensioenen blijven goed gaan

De dekking van de meeste pensioenfondsen is in februari nog iets beter geworden.

In februari liep de gemiddelde dekkingsgraad op naar 120 procent, van 117 procent in januari. Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon.

De beleidsdekking, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden, steeg al in januari van 120 naar 121 procent. In februari bleef deze graadmeter staan op 121 procent. Het betekent dat de meeste fondsen dit jaar ruim genoeg geld hebben om de pensioenen te betalen. Ook verhogen of indexeren op de stijgingen van de lonen en prijzen is zeker mogelijk. Zoals veel pensioenfondsen vorig jaar al deden.

Actuele dekking iets minder dan vorig jaar
De verhogingen van vorig jaar leidden er wel toe dat de actuele dekkingsgraad iets onder de beleidsdekkingsgraad is gekomen, merkt Aon wat zuinigjes op. Ook pensioenadviseur Mercer ziet in de Financiële Telegraaf (dFT) dat de beleidsdekking nu iets hoger is dan de maanddekking. Die ging in februari naar 119,7 procent, een stijging van 4,1 procent procent ten opzichte van januari. Ook Mercer ziet nu een beleidsdekking van 121 procent.

Angst voor rente en inflatie; pensioenen veren op
De aandelenmarkten deden het vrij slecht in februari, zo laten de cijfers van Aon zien. Dat kwam vooral door aanhoudende angst voor verdere rentestijgingen door de centrale banken van veel Westerse landen. Zij verhogen hun rentepercentages om de inflatie te beteugelen, die hoog blijft. Dit resulteerde in een aandelenrendement van min 1,3 procent. Ook Mercer voorziet oplopende rentepercentages door beter dan verwachte groeicijfers en de hoger dan verwachte inflatiecijfers.

De stijgende rente had zowel een negatief effect op beursgenoteerd vastgoed als op de hele vastrentende portefeuille, bericht Aon. Het totale rendement van die portefeuille was in februari min 3,1 procent. Maar dat verlies werd voor de pensioenfondsen ruimschoots goedgemaakt door rentestijgingen. Waaronder de risicovrije rente, die over de eerste 40 jaar steeg met gemiddeld 36 basispunten. Door de rentestijging nam de waarde van de verplichtingen af met bijna 7 procent.

Wet toekomst pensioenen vertraagd
In ons land is de Eerste Kamer ondertussen bezig met de verdere behandeling van de Wet toekomst pensioenen (WTP), die de invoering van een nieuw pensioenstelsel in 2027 moet regelen. Aon noemt het in zijn persbericht opvallend dat daarbij juist een aantal kritische deskundigen is gehoord. Hierna volgt nog de openbare behandeling en de stemming. De stemming is waarschijnlijk na de verkiezingen voor de Provinciale Staten op 15 maart 2023.
‘Wij zien dat de WTP nog volop in beweging is en dat er gelobbyd wordt voor bepaalde aanpassingen’, zegt Frank Driessen, ceo Aon’s Wealth Solutions Nederland. ‘Wij verwachten echter geen grote aanpassingen, eerder detailuitwerkingen. Ook is onze inschatting dat de ingangsdatum van 1 juli aanstaande vooralsnog blijft staan. Dat betekent dus volop aan de slag.’

Pensioen in twee ‘smaken’
Sinds het Pensioenakkoord uit 2019 staat een ingrijpende wijziging van het pensioenstelsel op stapel. Er komen – in grote lijn – twee soorten pensioen. De eerste variant is de collectieve spaarpot, ook wel het ‘solidaire contract’ genoemd. Elke deelnemer stort zijn eigen inleg, en krijgt zijn eigen opbrengst. Wel moeten alle deelnemers betalen voor een solidariteitsreserve, om tegenvallers uit slechte jaren te ‘dempen’. En de inleg van ouderen wordt risicomijdender belegd dan bij jongeren.
De tweede optie is de flexibele variant. Elke deelnemer krijgt een eigen pensioenspaarpot, waarmee hij of zij kan sparen en beleggen. Mee- en ook tegenvallers zijn geheel voor eigen risico en rekening. Wel is er een basisverzekering tegen arbeidsongeschiktheid en pensioentekort.

Tijdspad naar het nieuwe stelsel
Als de regering de Wet toekomst pensioenen tijdig door de Eerste Kamer krijgt, is het tijdspad erna als volgt. Tussen 1 juli 2023 en uiterlijk 1 januari 2027 moeten de sociale partners (werkgevers, vakbonden, ondernemingsraden) met de pensioenuitvoerders de overgang naar het nieuwe stelsel regelen. Een van de eerste, en lastigste beslissingen gaat over het ‘invaren’ van bestaande pensioenen in het nieuwe stelsel.

Uiterlijk op 1 januari 2025 moet de werkgever de gewijzigde pensioenovereenkomst en het transitieplan doorgeven aan de (beoogde) pensioenuitvoerder. Artikel 27 lid 1 WOR geeft de or een instemmingsrecht op elk voorgenomen besluit van de ondernemer tot vaststelling, wijziging of intrekking van regelingen op grond van een pensioenovereenkomst. Hierop zijn enkele uitzonderingen.

Om ondernemingsraden te helpen bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel lanceren werkgevers en vakbonden het informatieplatform werkenaanonspensioen.nl. De website biedt met toolboxen, vraag-antwoorden, stappenplannen, een tijdslijn en samenvattingen hulp bij de voorbereidingen op de aanstaande veranderingen aan het pensioenstelsel.

Bron: https://www.ornet.nl/67282/pensioenen-blijven-goed-gaan?utm_source=Selligent&utm_medium=email&utm_campaign=414_20230307_ORM_RN_DI&utm_content=952_20230307_ORM_RN_DI&utm_term=328