Aanvullende afspraken CIZ en VWS over ondertekening Wlz-aanvraag

Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en het ministerie van VWS hebben afspraken gemaakt over de ondertekening door familie van de aanvraag van een indicatie voor de Wet langdurige zorg.

Deze oplossing geldt echter alleen voor cliënten met een BOPZ-aanvraag of -status. Voor overige Wlz-aanvragen blijft het probleem bestaan dat een wettelijke vertegenwoordiger bij de rechter moet worden aangesteld.

ActiZ heeft in de afgelopen periode vaak aandacht gevraagd voor problemen rond de ondertekening van de Wlz-aanvraag. De afspraak tussen CIZ en het ministerie voor ondertekening door familie als sprake is van een BOPZ-aanvraag of -status lost diverse problemen uit de praktijk op, maar ActiZ betreurt het dat er niet gekozen is voor een fundamentele oplossing.

Aanvullende afspraken
In principe ondertekent een cliënt zelf zijn aanvraag voor een indicatie voor de Wet langdurige zorg (Wlz). Als de cliënt voor het aanvragen van de indicatie niet (meer) wilsbekwaam is, mag alleen de vertegenwoordiger tekenen voor de aanvraag: de schriftelijk gemachtigde, een mentor of een curator. Maar een echtgenoot of partner, of een van de kinderen, mag niet tekenen voor de Wlz-aanvraag. Voor de aanvraag tot Bopz-opname mag de familie wel tekenen. Cliënten beschikken niet altijd over een mentor, curator of gemachtigde en dat leidt in de praktijk tot vertraging en ergernis bij een (her)aanvraag van een indicatie.

De afspraken tussen het CIZ en het ministerie van VWS lossen dit probleem nu op, zo blijkt uit de CIZ-Nieuwsbrief (april 2019). In de Nieuwsbrief staat:

Het uitgangspunt blijft dat een Wlz-aanvraag alleen kan worden ingediend door de cliënt of zijn wettelijk vertegenwoordiger. Sinds juni 2015 geldt dat waar sprake is van een combinatie van een eerste Wlz-aanvraag met een Bopz-aanvraag, de familie van de cliënt - partner, (groot)ouder, (klein)kind, broer of zus - mag tekenen.
Vanaf nu (april 2019) geldt deze regel ook als er een vervolgaanvraag voor de Wlz gedaan wordt én de cliënt op dat moment al een Bopz-status heeft. Dit betekent dat ook voor deze aanvragen de genoemde familieleden mogen tekenen. Hier is niet langer een machtiging voor nodig.

Géén fundamentele oplossing
ActiZ ontving in het afgelopen jaar veelvuldig signalen van leden dat de ondertekening van een Wlz aanvraag bij het CIZ problemen oplevert. Vooral bij een overgang van een zorgprofiel VV-5 naar VV-7 deden zich knelpunten voor omdat cliënten niet beschikten over een wettelijk vertegenwoordiger. ActiZ zet zich samen met de LOC, VGN en Kansplus in om de Wlz op dit punt aan te passen om mogelijk te maken dat de familie kan tekenen als de cliënt dan niet meer kan. Daarmee wordt de Wlz in lijn gebracht met andere gezondheidswetgeving waarin de familie wèl een formele rol heeft.

Met de aanvullende afspraken die CIZ en het ministerie van VWS hebben gemaakt, zullen knelpunten voor groepen cliënten in zorg met een BOPZ-status worden opgelost in de praktijk, maar fundamenteel verandert de Wlz niet. Daarmee blijven voor cliënten zonder BOPZ-aanvraag of -status de problemen bestaan dat voor de Wlz-aanvraag een wettelijke vertegenwoordiger bij de rechter moet worden aangesteld. ActiZ betreurt dat en blijft pleiten voor aanpassing van de Wlz.

Signalen
ActiZ verneemt graag signalen van leden als er zich (nieuwe) knelpunten voor (blijven) doen bij de ondertekening van de Wlz-aanvraag voor een indicatie. U kunt deze doorgeven aan Herma Oosterom, email: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Meer informatie over Wlz indicatiebeleid vind u hier.

Bron: www.actiz.nl